V

In, Abel.

Historiek.

Een antiklerikale politiek in het begin van vorige eeuw deed de abdijgemeenschap van de Catsberg, in Noord Frankrijk, uitwijken naar het enkele kilometers verder doch in België gelegen Watou.
Een boerderij werd er ingericht als de "Refuge Notre Dame de St. Bernard" met als hoofdactiviteit het maken van een paterskaas.
Met de opbrengst van de verkoop van deze kazen werden de activiteiten van de abdij gefinancierd.
In de periode na 1930 verbeterde de houding tegenover de clericus in Frankrijk en in 1934 besliste de abdijgemeenschap om de Belgische dependance af te stoten en alle activiteiten terug te brengen naar Frankrijk.
Evarist Deconinck nam de kaasmakerij van de paters over en trok een eerste gebouw op aan de Trappistenweg in Watou, waar deze kaas verder ontwikkeld en gecommercialiseerd werd.
Dit gebouw werd later omgebouwd tot de huidige privévertrekken, doch de sporen van deze kaasmakerij zijn nog altijd zichtbaar en werkelijk ingekaderd in deze leefruimte.
Kort na de tweede wereldoorlog besliste de Trappistenabdij St. Sixtus uit Westvleteren dat zij hun bier niet verder wensten te commercialiseren en dat zij hiervoor een beroep zouden doen op externen.
Met Evarist Deconinck werd een contract afgesloten waarbij bepaald werd dat binnen de muren van de abdij enkel nog bier zou gebrouwen worden voor eigen gebruik van de monniken, voor verkoop aan particulieren aan de poorten van de abdij en ook voor een drietal
taveernes die verbonden waren met de abdij. Evarist Deconinck echter zou de trappistenbieren onder licentie brouwen en commercialiseren.
Trouwens de "meester-brouwer", van Poolse afkomst, van de abdij stapte over naar de nieuwe brouwerij en waakte mee over de kwaliteit van de bieren.
Naast de kaasmakerij werden nieuwe gebouwen opgetrokken waar een volledige brouwerij werd geïnstalleerd en waar de SIXTUS bieren op basis van de oorspronkelijke formules gebrouwen werden.
De oorspronkelijke licentieovereenkomst werd getekend voor een periode van 30 jaar.
In 1959 besliste Evarist Deconinck om de productie van kaas te stoppen en zich volledig toe te leggen op de brouwerij.
De namen en de installatie werd overgelaten aan de melkerij St. Bertinus in Poperinge, die later opgeslorpt werd in de groep EVLAPO.
In 1986 verhuisde de productie van deze kazen naar Moorslede, bij de groep BELGOMILK.
Begin de jaren zestig stapte de schoonzoon van Evarist Deconinck, Guy Claus in de brouwerij en werd opnieuw onderhandeld met de abdij om de licentieovereenkomst te hernieuwen.
Dit gebeurde in 1962 voor een nieuwe periode van 30 jaar, dus tot 1992.
In 1992 kwam een einde aan de overeenkomst omdat de verschillende Trappistenbouwerijen (vijf in België en één in Nederland) beslist hadden de kwalificatie "Trappistenbier" enkel nog toe te kennen aan bieren gebrouwen binnen de muren van de abdijen.
Vanaf 1992 worden de bieren gebrouwen aan de Trappistenweg in Watou gecommercialiseerd onder de nieuwe merknaam "St. Bernardus" naar de naam van de vennootschap waaronder de brouwerij valt en refererend naar de start van dit verhaal (ziehoger).
Bovendien wordt beslist om de bestaande gamma donkere bieren PATER 6 - PRIOR 8 - ABT 12 uit te breiden met een blond bier,
de St. Bernardus TRIPEL.
Met het oog op het bewaren van de continuïteit en gezien het naderen van de pensioengerechtigde leeftijd besliste Guy Claus om beroep te doen op een jonge en vernieuwende kracht in de brouwerij. Hij vond hiervoor een geschikte persoon in Hans Depypere.
Recent werden volgende bieren aan de gamma toegevoegd:
• Watou Tripel - i.s.m. de kaasmakerij Belgomilk, met wie nog steeds goede contacten worden onderhouden (zie hoger - overname van de kaasmakerij St. Bernard)
• St-Bernardus Witbier
• Grottenbier
Deze laatste 2 bieren werden ontwikkeld i.s.m. de legendarische meesterbrouwer Pierre Celis, de man die witbier op de wereldkaart zette.




Watou lang.

Watou kaas lang is een halfharde kaas, romig en zacht van smaak, minimaal 4 weken gerijpt.
Watou kaas is gemaakt van gepasteuriseerde en gebactofugeerde koemelk; Watou is de naam van een pittoresk dorpje in de Westhoek, waar kunst en streekspecialiteiten elkaar aanvullen.
De oudste geschiedenis van de kaasmakerij te Moorslede gaat terug tot de melkerij-brouwerij St-Bernardus in Watou.
Elk Vlaams dorp had toen zijn eigen melkerij en brouwerij. In Watou huisden beide ambachtelijke bedrijven in hetzelfde gebouw.



Watou rond.

Watou kaas rond is een halfharde kaas, romig en zacht van smaak, minimaal 4 weken gerijpt.
Watou kaas is gemaakt van gepasteuriseerde en gebactofugeerde koemelk; Watou is de naam van een pittoresk dorpje in de Westhoek, waar kunst en streekspecialiteiten elkaar aanvullen.
De oudste geschiedenis van de kaasmakerij te Moorslede gaat terug tot de melkerij-brouwerij St-Bernardus in Watou.
Elk Vlaams dorp had toen zijn eigen melkerij en brouwerij. In Watou huisden beide ambachtelijke bedrijven in hetzelfde gebouw.



Watou Special.
 Is een halfharde kaas
Hij is gedurende minimaal 4 weken gerijpt in speciale vochtige kelders.
Deze kaas krijgt door zijn speciale manier van rijpen zijn volle pittige smaak. Watou Special... kunst moet je proeven!!
Watou kaas is gemaakt van gepasteuriseerde en gebactofugeerde koemelk; Watou is de naam van een pittoresk dorpje in de Westhoek, waar kunst en streekspecialiteiten elkaar aanvullen.
De oudste geschiedenis van de kaasmakerij te Moorslede gaat terug tot de melkerij-brouwerij St-Bernardus in Watou.
Elk Vlaams dorp had toen zijn eigen melkerij en brouwerij. In Watou huisden beide ambachtelijke bedrijven in hetzelfde gebouw.
Later werd de kaasproductie van Watou overgebracht naar Vlamertinge. In 1986 sloot de kaasmakerij in Vlamertinge haar deuren en verhuisde dan naar Moorslede.


St. Bernarduskaas

Een halfharde kaas, romig en zacht van smaak.

Deze kaas werd begin vorige eeuw gemaakt in Watou op een boerderij, ingericht als de 'refuge de Notre-Dame de St. Bernard', met als hoofdactiviteit het maken van paterskaas. In 1930 werd de kaasmakerij St. Bernard van de paters overgenomen en verhuisde naar de Trappistenweg in Watou. In 1959 werd de productie gestopt en het gebouw omgebouwd tot brouwerij St. Bernardus. Sinds 2006 wordt de kaas 'St. Bernardus' opnieuw geproduceerd door Belgomilk in Moorslede.